WhatsApp Facebook Twitter LinkedIn Mail

Hoe werkt een datacenter, en wat zijn de voor- en nadelen?

Inhoudsopgave

  1. Uitleg datacenter
  2. Soorten datacenters
  3. Voorwaarden
    1. Architectuur
    2. Temperatuur
    3. Luchtvochtigheid
    4. Connectiviteit
    5. Elektriciteitsvoorziening
    6. Beveiliging
  4. Voor- en nadelen

Wat is een datacenter?

Een datacenter, of data processing center (DPC), is een faciliteit voor het hosten van data van één of meer bedrijven. In feite is het een fysieke ruimte waarin zich een groot aantal servers bevindt. Heel belangrijk is dat de omstandigheden waarin de servers zich bevinden optimaal zijn, omdat ze anders niet goed functioneren. Datacenters zijn uitsluitend bedoeld om die omstandigheden te waarborgen. Daarbij gaat het om zaken als temperatuur, vochtigheidsgraad, beveiliging, een stabiele elektriciteitsvoorziening en een betrouwbare verbinding met andere bedrijfssystemen.

We kennen interne datacenters (binnen en van het bedrijf zelf) en externe datacenters (buiten het bedrijf en van een externe partij). Bij een intern datacenter moet het bedrijf zelf over een deskundig IT-team beschikken voor de zorg en het onderhoud van zijn datacenter (koeling, stroomvoorziening, bandbreedte, beveiliging, etc.). Als gebruik wordt gemaakt van een extern datacentrum, dan neemt de aanbieder die taak voor zijn rekening. Maar let op: de klant blijft ook in die situatie zelf verantwoordelijk voor de installatie van zijn servers en de andere apparatuur die nodig is!

Let op: bij het nadenken over hoe en waar de systemen en gegevens van een bedrijf worden opgeslagen, zijn er behalve het datacenter nog veel andere aspecten waar rekening mee moet worden gehouden. ICT Portal heeft daarom het Digiboek ‘Systeem- en dataopslag’ ontwikkeld. Hierin zijn alle mogelijkheden van systeem- en gegevensopslag te vinden, samen met hun respectieve voor- en nadelen.

Soorten datacenters

Behalve traditionele datacenters is er tegenwoordig ook de virtuele variant. Virtuele datacenters (VDC’s) bieden dezelfde diensten maar de benadering ervan speelt zich af in de cloud. Met andere woorden: een VDC maakt het mogelijk om hardware en systemen in te zetten op een cloud-platform. Voordeel daarvan zijn de snelle en betere beheersmogelijkheden, zoals configureren, valideren, testen en functionaliteiten toevoegen of verwijderen. We noemen dit provision on demand.

Bij traditionele datacentra maken bedrijven dus gebruik van een ander soort infrastructuur en houden zij volledige controle over hun servers. In het geval van een virtueel datacenter daarentegen heeft het externe bedrijf de leiding over de servers. De klant heeft er dus geen controle meer over.

Als het gaat om traditionele datacenters, wordt onderscheid gemaakt tussen vier verschillende types:

soorten tier datacenter
  • Een Tier 1 basisdatacenter biedt maar weinig bescherming tegen fysieke gebeurtenissen en kan te lijden hebben van geplande (onderhoud) en ongeplande uitval. Vanwege de lage kosten maken vooral kleine en middelgrote bedrijven er gebruik van.
  • Een Tier 2 redundant datacenter biedt meer bescherming tegen fysieke gebeurtenissen. Bovendien is de kans op ongeplande uitval kleiner. Het heeft een enkele leiding voor de aanvoer van stroom en voor koeling.
  • Een Tier 3 concurrently maintainable datacenter is aangesloten op meer leidingen voor stroom en koeling, maar slechts één van de lijnen is actief. De continuïteit is echter beter gewaarborgd omdat bij onderhoud de dienst niet hoeft te worden onderbroken. Dit type datacenter wordt doorgaans gebruikt door bedrijven die 365 dagen per jaar een 24/7-dienstverlening kennen.
  • Het Tier 4 fouttolerant datacenter is het veiligste type met de hoogste niveaus van fouttolerantie en redundantie (het versturen van overtollige informatie). Het datacenter is aangesloten op meer leidingen voor stroom en koeling. Dit maakt gelijktijdig onderhoud mogelijk en storingen leiden niet tot uitval. In een gebouw waar een Tier 4 is gevestigd mogen geen andere activiteiten plaatsvinden (de andere soorten datacenters mogen zich bevinden in gebouwen waarin zich ook andere activiteiten afspelen). Het beveiligingsniveau is zo hoog, dat er alleen een probleem ontstaat als zich in elke aanvoerlijn twee stroomstoringen tegelijk voordoen. Onnodig te zeggen dat dit type datacenter de hoogste bedrijfszekerheid biedt, van maar liefst 99,995%. Het wordt met name ingezet door grote internationale bedrijven met kritische operaties, zoals banken.
  • Wist je dat? De genoemde vier niveaus zijn vastgesteld in de ANSI/TIA-942-norm van de Telecommunications Industry Association (TIA). Deze normering heeft betrekking niet alleen op de telecommunicatie-infrastructuur, maar ook op alle andere aspecten van een datacenter. Denk daarbij aan de locatie, de bouwkundige eigenschappen, de elektrische en mechanische infrastructuur, de brandveiligheid en de beveiliging van het gebouw.

    Aan welke voorwaarden moet een datacenter voldoen?

    Een datacentrum heeft een aantal hardware– en software-elementen nodig om goed te kunnen functioneren. Daarnaast zijn er nog andere belangrijke aspecten om het datacenter zo veilig mogelijk te maken, zoals de luchtvochtigheid en de temperatuur.

    Architectuur

    Een datacenter moet groot genoeg zijn om de racks en de bekabeling te kunnen herbergen. Racks zijn de kasten waarin de hardware wordt ondergebracht. Zij bieden tevens ruimte voor de koelvoorziening en voor de doorvoer van kabels.

    hardware racks datacenter

    Temperatuur

    De temperatuur is niet in alle datacenters hetzelfde. De meeste hebben een temperatuur van 21 graden of iets lager. Maar Google wijkt van deze norm af: daar houdt men een temperatuur van rond de 26 graden aan. Dat bespaart uiteraard energie, maar houdt ook risico’s in. Als er iets mis is met de airconditioning bijvoorbeeld, dan ontstaan er sneller problemen omdat de marge tot de kritieke temperatuur kleiner is. Belangrijk is verder dat de temperatuur overal in het datacenter hetzelfde is, dus geen warmere en koudere gedeeltes.

    Luchtvochtigheid

    Een te hoge luchtvochtigheid is één van de grootste bedreigingen waar een datacenter mee te maken heeft. De ANSI/TIA-942-norm schrijft een luchtvochtigheid voor van tussen de 40 en 55%. Is de luchtvochtigheid lager dan kunnen elektrostatische ontladingen optreden. Als die klein zijn dan is dat niet zo erg, maar als zij een niveau van tien volt of hoger bereiken, dan kunnen zij de apparatuur beschadigen. Een te hoge luchtvochtigheid kan tot gevolg hebben dat metalen onderdelen gaan roesten. Hierdoor kunnen gegevens verloren gaan.

    Wist je dat? Ongebruikelijke weersomstandigheden zorgden ervoor dat in het eerste datacenter van Facebook de luchtvochtigheid opliep tot 95%. Diverse servers werden hierdoor opnieuw opgestart en sommige zelfs automatisch uitgeschakeld als gevolg van storingen in de voedingseenheid.

    Connectiviteit

    Datacentra beschikken niet over één, maar over meer glasvezelverbindingen met het internet – allemaal van andere aanbieders. Dat verkleint niet alleen de kans op uitval, het levert ook een vrijwel onbeperkte bandbreedte op alsmede heel hoge snelheden (oftewel een lage latency), naar alle delen van de wereld.

    Elektriciteitsvoorziening

    Zonder stroom kan een datacenter uiteraard niet functioneren. Stroomstoringen kunnen ervoor zorgen dat klanten niet meer bij hun systemen en data kunnen. Als een storing de airconditioning treft, dan kan de hardware beschadigd raken door een te hoge temperatuur en/of luchtvochtigheid in het datacenter. De infrastructuur van de elektriciteitsvoorziening in een datacenter bestaat uit:

    • technische dienst van het datacenter
    • aanvoer van elektrische stroom
    • generatoren
    • niet onderbreekbare voedingen (UPS’s)
    • transformers
    • overspanningsbeveiliging
    • koelsystemen en airconditioners.

    Beveiliging

    Beveiliging van het gebouw

    Bij de beveiliging van een datacenter wordt onderscheid gemaakt tussen maatregelen die de accommodatie betreffen, en de IT-beveiliging. Het gebouw wordt onder meer als volgt beschermd:

    • locatie met geschikte (niet extreme) klimatologische omstandigheden
    • ligging op voldoende afstand van de bebouwde kom
    • beveiliging op het gebied van brandpreventie
    • toegangscontrolesystemen, zodat alleen bevoegd personeel toegang kan krijgen
    • IoT-apparatuur voor regulering van luchtvochtigheid en temperatuur
    • geavanceerde rookmelders (ASD’s)
    • beveiligingsmedewerkers en camerabewaking om inbraken en vandalisme te voorkomen.

    IT-beveiliging

    De IT-gerelateerde beveiliging bestaat onder meer uit:

    • protocollen voor opsporing en bestrijding van incidenten
    • firewalls
    • intrusie preventiesysteem (IPS) voor de bescherming tegen aanvallen
    • toegangscontrole voor softwaresystemen
    • security incident and event monitoring (SIEM): gestructureerde en automatische monitoring van de servers, systemen en databases, ofwel gebeurtenissenbeheer
    • data loss prevention (DLP): toepassingen die beschermen tegen gegevensverlies (datalek)
    • disaster recovery plan (DRP), ofwel een rampherstelplan.

    Voor- en nadelen van het gebruikmaken van een extern datacenter

    Hieronder volgt een overzicht van de belangrijkste voor- en nadelen van het werken met een extern datacenter. Bij het nemen van een beslissing over waar de servers, systemen en data te plaatsen, is het belangrijk alle opties te kennen. ICT Portal heeft daarom het Digiboek ‘Systeem- en dataopslag’ ontwikkeld. Het biedt een overzicht van alle beschikbare mogelijkheden en de specifieke kenmerken daarvan. Daarmee kunnen projectmanagers een stuk eenvoudiger bepalen wat de beste optie is voor zijn of haar bedrijf.

    Voordelen

    • Aanwezigheid van expertise: het bedrijf hoeft zich geen zorgen te maken over het onderhoud en beheer van het datacenter, en de specialistische kennis die daarvoor nodig is. In een extern datacenter werken louter specialisten met veel verstand van zaken.
    • Adequate infrastructuur: het bedrijf hoeft niet na te denken over het ontwerp van het datacenter, de locatie ervan en alle middelen die nodig zijn om het goed te laten functioneren. Schort het daaraan, dan kunnen de gevolgen groot zijn. In een extern datacenter is dat alles echter goed voor elkaar.

    Nadelen

    • Servers buiten de eigen bedrijfsomgeving: bij situaties als onderhoud of uitbreiding zal er door betrokkenen gereisd moeten worden. Dat kost uiteraard tijd en geld. Zwaarder weegt echter het nog wel eens voorkomende gevoel bij bedrijven dat zij minder controle hebben als hun systemen en gegevens elders staan opgeslagen. Simpel gezegd vindt men het een beetje eng als zulke belangrijke zaken zich niet binnen de eigen poorten bevinden. Antwoord op de vraag of die vrees terecht is of alleen maar een irrationeel gevoel, wordt gegeven in het Digiboek ‘Systeem- en dataopslag’.
    • Kosten: afhankelijk van de diensten die worden afgenomen, kunnen de kosten voor de opslag van systemen en gegevens in een extern datacenter uiteindelijk hoger uitvallen dan die van een eigen datacenter. Met name de kosten van een Tier 4 extern datacenter zijn hoog. Daar moet echter wel bij worden gezegd dat het kwaliteitsniveau van een Tier 4 voor bedrijven zelf niet of nauwelijks te behalen valt. Om die reden wordt nog wel eens gekozen voor een gecombineerde oplossing: alleen de meest gevoelige systemen en gegevens brengt men onder in een Tier 4 extern datacenter, en de rest op een lager niveau. Ook vanuit kostenoverwegingen is het dus belangrijk goed na te denken over welke systemen en data waar worden ondergebracht: intern of extern, op welk kwaliteitsniveau en alles op één of verdeeld over meer plekken. Het Digiboek ‘Systeem- en dataopslag’ is met zijn overzichtelijke en meer gedetailleerde informatie een krachtig hulpmiddel bij het maken van verantwoorde keuzes.

    Dit artikel als bron gebruiken? Klik en kopieer:

    European Knowledge Center for Information Technology. (2023, 17 oktober). Hoe werkt een datacenter, en wat zijn de voor- en nadelen? ICT Portal. https://www.ictportal.nl/ict-lexicon/datacenter